Behandeling van metalen

Het belangrijkste proces is elektroplating met chroom. Bij elektroplating wordt een laagje van een metaal, in dit geval chroom, op een voorwerp afgezet door middel van een elektrochemisch proces. Het te bedekken voorwerp is hierbij de kathode, die wordt geplaatst in een bad met daarin een oplossing van zouten van het metaal dat men wil afzetten. Er zijn hiervoor veel verschillende producten op de markt, waarvan de juiste samenstelling meestal een bedrijfsgeheim is. Chroomtrioxide is daarbij wel de meest gebruikte Chroom-VI-verbinding.

Andere metaalbehandelingen waarvoor chroomtrioxide kan gebruikt worden zijn o.a. het anodiseren van aluminium en het passiveren van metalen voorwerpen, om de corrosiebestendigheid te vergroten.

Producten voor houtconservering

Deze producten worden gemaakt door koper(II)oxide, chroom(VI)oxide, arseenzuur en nikkel(II)sulfaat in oplossing te mengen. Er wordt zo een complex mengsel van koperchromaten en arsenaten gevormd. Chroom dient hierbij als fixeermiddel, zodat de toxische elementen koper en arseen, die de groei van schadelijke organismen op het hout moeten verhinderen, permanent op de lignine van het hout gehecht blijven. Het te behandelen hout wordt in een vat onder druk in een oplossing van het conserveermiddel geplaatst gedurende één uur of meer. Tijdens de behandeling wordt het zeswaardig chroom deels omgezet tot driewaardig chroom.[2] Een Duits onderzoek uit 2011 schat dat 25% van het chroom gedurende de levensloop van het hout uitloogt en in het milieu terechtkomt.[3]

Het gebruik van Chroom-VI-oxide in houtconserveermiddelen is in de Europese Unie toegestaan. Sinds 1 september 2006[4] staat Chroom-VI-oxide niet meer geregistreerd als biocide, maar enkel als fixeermiddel.[2] Dat heeft tot gevolg dat het gebruik van Chroom-VI-oxide in hout niet meer onder toezicht staat van het CTGB.

Zo is deze stof veel te vinden in speeltoestellen voor kinderen, picknicktafels, schuttingen en andere tuinmaterialen als palen.

­