Carcinogene stoffen

Chroom-VI is carcinogeen(kankerverwekkend) bij de mens en bij proefdieren.(zie publicaties. GBBS 1998 en samenvatting IARC (2012) NIOSH (2013) NTP (2014) 6,8,11,29).
Na beoordeling van deze studies concludeert de Commissie GBBS dat de evidentie dat Chroom VI-verbindingen carcinogeen zijn bij proefdieren en in de mens zeer groot is en onderschrijft zij de classificaties van de EU.
De Commissie merkte op dat Chroom-VI-verbindingen op meerdere manieren schade kunnen toebrengen aan het DNA en in het geval van stochastisch genotoxische mechanisme wordt aangenomen dat er kanker kan optreden bij elk blootstellingsniveau. En bij het berekenen bij haar risicoberekening, “worst-case”- scenario te nemen als uitgangspunt. 

Bron: https://www.ser.nl/documents/83490.pdf

Circa 467.000 doden per jaar ten gevolgen van fijnstof in Europa

In 2013 was fijnstof verantwoordelijk voor naar schatting 467.000 vroegtijdige overlijdens in 41 Europese landen. Dat zegt het Europees Milieuagentschap(EEA).
De wereld gezondheid organisatie hanteert weliswaar striktere standaarden dan de EU. De laatste ontwikkelingen bijvoorbeeld in Duitsland met het weren van dieselauto’s in de binnensteden geeft aan dat DME hoog op de agenda staat en zeker navolging gaat krijgen in Europa. Duidelijk is wel dat fijnstof niet alleen een luchtprobleem is. Fijnstof wat vrijkomt bij bewerkingen van materieel en materialen levert gevaar op maar ook het reinigen hiervan is niet zonder gevaar. Er op dit moment(nog) geen gezondheidskundig veilige grenswaarde voor DME vastgesteld, wel is de gezondheidsraad bezig met het opstellen ervan. Zolang er geen grenswaarde is, is de werkgever verplicht deze zelf vast te stellen op een zo laag mogelijk niveau.

Wat is fijnstof?

Als een Boeing 747 opstijgt, komen daar maar liefst een miljard (ultra) fijnstofdeeltjes uit. En dat is net zoveel als een miljoen vrachtwagens produceren die langs jouw huis rijden.
Cruise schepen zijn ook grote vervuilers, even aanmeren en wegvaren staat gelijk met een vervuiling van fijnstof van 1 miljoen auto’s.

De uitstoot van gassen en vaste deeltjes(roet), deze deeltjes bevatten onder andere kankerverwekkende polycyclische aromatische koolwaterstoffen(PAK ’s) en polychloorbifenylen(PCB’s).
Deze stoffen carcinogeen(kankerverwekkend). Deze stoffen staan op de lijst kankerverwekkende stoffen en processen.
Roetdeeltjes worden gevormd door verbrandings-en condensatieprocessen en zijn over het algemeen zeer klein. Naar schatting is 90% van de deeltjes kleiner dan 1 um(fijnstof).
De samenstelling van deze deeltjes varieert heel sterk en is onder andere afhankelijk van de samenstelling van de brandstof, de temperatuur van de motor, de karakteristiek van de motoren, de smeerolie en de belasting.
Fijnstof komt bij inademing in de luchtwegen en longen terecht. Vooral de kleinere deeltjes kunnen diep in de longen doordringen en zelfs in de bloedbaan terecht komen.

Dit kan de volgende problemen opleveren:

  • Oogirritatie
  • Hart en vaataandoeningen
  • Luchtwegenklachten
  • Ontstekingsreacties en longfunctieveranderingen(astma en COPD)
  • Verhoogde kans op long en blaaskanker.

Wettelijk kader

  • Hoofdstuk 4 van het Arbeidsomstandighedenbesluit(Arbobesluit); met name afdeling 1: “Gevaarlijke stoffen “en
    afdeling 2: “aanvullende voorschriften kankerverwekkende en mutagene stoffen en kankerverwekkende processen
  • Arbeidsomstandighedenregeling; Artikel 4.20c processen waarbij DME vrijkomt, zijn aangewezen als kanker verwekkende processen.
  • Arbeidsomstandighedenregeling, bijlage XIII: wettelijke grenswaarden.

Normstelling

In Nederland staat DME op de lijst van kankerverwekkende stoffen. Voor deze stoffen geldt een verplichting om blootstelling te voorkomen. Werkgevers (opdrachtgevers) moet de blootstelling beheersen tot zo laag mogelijk niveau voor werknemers etc. Hier valt onder o.a.:

  • Bronmaatregelen
  • Technische maatregelen
  • Organisatorische maatregelen
  • Persoonlijke beschermingsmiddelen.

Arbeidsinspectie

Bij toezicht en handhaving richt de arbeidsinspectie zich zowel op blootstelling in de zogenaamde ruimten als ook buiten situaties. Voor beide situaties geldt, gelet op de classificatie, de verplichting DME en Chroom-VI naar de stand der techniek te elimineren en als dit niet kan, te verminderen tot een zo laag mogelijk niveau. Aan die verplichting is pas voldaan zodra het achtergrondniveau is bereikt. Het begrip “zo laag mogelijk” wordt dus begrensd door het achtergrondniveau.

­